Published using Google Docs
KA aanbrengen van en spelen met het versje mag ik even storen.doc
Updated automatically every 5 minutes

Datum

:

02 mei 2011

Kleuteronderwijzer

:

Tante Rita

Naam

:

Charlotte Arnhem

Leeftijd kleuters

:

5 jaar

Klas DLO

:

3 BaKo

Belangstellings-

:

‘Ik vind je lief’

Stageschool

:

Sint-Jansschool

centrum

Riddersstraat 89

3000 Leuven

ACTIVITEIT

 Klasactiviteit: Aanbrengen van en spelen met het versje: Mag ik even storen

 Begeleide activiteit:

ERVARINGSSITUATIE1

 Zelfstandig spelen

 Ontwikkelingsondersteunend leren

 Explorerend beleven

 Ontmoeten

1 aanduiding ervaringssituatie vanaf het tweede jaar

DOELSTELLINGEN

ONTWIKKELINSASPECTEN ²

CONCRETISATIE

DOD ³

Positieve ingesteldheid

OA. 6: Plezier beleven

OA. 9: Zich verbonden voelen (annex)

Muzische ontwikkeling

OA. 39: Muzisch omgaan met lichaamshoudingen en bewegingen

OA. 42: Muzisch kunnen omgaan met taal: poëzie

Taalontwikkeling

OA. 73: Luisteren en spreken verfijnen

OA. 74/75/76: kennis maken met geschreven communicatie

OA. 77: Nadenken over eigen taalgebruik en dat van anderen

Genieten van het speelse omgaan met poëzie.

Gevoelens van verbondenheid en (zelf)vertrouwen ervaren bij het samen zeggen van ‘kameel’.

Met bewegingen en lichaamshoudingen je ervaringen uiten.

(= motorische component)

- (I) Kennismaken met het eigen culturele erfgoed (culturele geletterdheid) & ontwikkelen van taalgevoeligheid: rijm, ritme, klankenspel.

- (E) Het versje expressief meezeggen / naar voren brengen ondersteund door: materialen, prenten, lichaamstaal.

- auditief geheugen. Een reeks woorden, een verhaal, een reeks klanken kunnen onthouden.

- auditieve discriminatie (kunnen horen van verschillen tussen groepjes klanken of klanken zelf) (bijvoorbeeld kunnen rijmen): van spontaan rijmen tot gestuurd rijmen.

- auditieve analyse (kunnen hakken). Woord  klankgroepje (lettergreep).

- objectivatie. Kinderen kunnen de vorm van woorden loskoppelen van hun betekenis; Ze kunnen zelf kiezen waarop ze zich richten: vorm/inhoud.

- relatie tussen gesproken en geschreven taal. De kinderen weten dat gesproken woorden vastgelegd kunnen worden op papier, en omgekeerd.

- alfabetisch principe. Kinderen worden vertrouwd met lettervormen.

- ervaren dat woorden bij elkaar kunnen horen op basis van hun inhoud, op basis van hun klank, en vormeigenschappen.

- kennismaken met de communicatievorm: versje, poëzie voor kinderen. Plezier hebben in ‘lezen’.

- nadenken en spreken over de eigenheid van deze taalvorm (bijvoorbeeld rijm en verschillende strofen).

/

² ontwikkelingsaspecten zoals geformuleerd in het ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool

³ verwijzing naar de decretale ontwikkelingsdoelen vanaf het tweede jaar

GERAADPLEEGDE BRONNEN

Vermeulen, M. Liefste mama (1998) Waasmunster: Abimo

SAMENWERKING MET

Hannelore Marnef

MATERIAAL

  • versje:

Mag ik even storen

Een minuutje alstublieft?

‘k wil het vandaag laten horen:

Ik vind je super lief

Het wordt vandaag een extra dag

Met bloemen en een geschenk

Die zeggen met een lied en lach

Dat ik veel aan je denk.

  • handpop mevrouw
  • handpop meneer
  • papier met gedicht
  • kleurpotloden
  • wit papier


MOTIVATIE TIJDENS HET KEUZEPROCES (ALLEEN VAN TOEPASSING BIJ BEGELEIDE ACTIVITEIT):

/

VERLOOP

Vooraf:

Terwijl de kleuters knutselen aan hun Moederdagcadeau (BA op maandag) zegt de KO al enkele zinnen op.

Mag ik even storen?

Een minuutje alstublieft?

‘k wil het vandaag laten horen:

Ik vind je super lief

1. Inleiding

Aanknoping:

De KO verteld dat ze al begonnen zijn aan het maken van hun cadeau maar dat we niet zomaar het cadeau kunnen geven aan de mama. Ze vertelt de kleuters dat ze als ze hun cadeau geven ook een gedichtje gaan opzeggen. Dat gedichtje gaat de KO nu laten horen.

- Wanneer de KO iets aan het vertellen is, zijn onze mondjes toe.

-Wanneer je iets wil vragen of wil zeggen, dan steek je, je vinger in de lucht

 

 

2. Midden

Kennismaking:

De KO zegt het gedicht een eerste keer op.

Mag ik even storen

Een minuutje alstublieft?

‘k wil het vandaag laten horen:

Ik vind je super lief

Het wordt vandaag een extra dag

Met bloemen en een geschenk

Die zeggen met een lied en lach

Dat ik veel aan je denk.

Aanbieding 1:

 

De KO zegt het gedicht een tweede keer op. De KO ondersteund het gedicht hierbij door middel van gebaren.

Mag ik even storen handen in de zij

Een minuutje alstublieft? Wijzen naar uurwerk

‘k wil het vandaag laten horen: wijzen naar de oren

Ik vind je super lief groot gebaar

Het wordt vandaag een extra dag plus teken maken

Met bloemen en een geschenk pakje nemen

Die zeggen met een lied en lach heel breed lachen

Dat ik veel aan je denk. Wijzen naar hoofd

Aanbieding 2:

De KO heeft verteld de kleuters dat ze een geheugensteuntje nodig hebben. Ze vraagt de kleuters wat dit is. Kleuters reageren.

Geheugensteuntje kan zijn dat je prenten maakt. Ko heeft geen prenten gemaakt dus de kleuters moeten haar helpen.

Elke zin wordt overlopen en de kleuters geven hierbij suggesties. Indien de KO het zeer goed vindt, duidt ze één kleuter aan die dit (snel) mag tekenen.

Enkele suggesties voor de KO:

Mag ik even storen? vraagteken

Een minuutje alstublieft? Klok

‘k wil het vandaag laten horen: oor of mond

Ik vind je super lief. hart

Het wordt vandaag een extra dag. Plus

Met bloemen en een geschenk. Bloemen en een cadeautje

Die zeggen met een lied en een lach: een lach

Dat ik veel aan je denk! Een hoofd.

Deze worden opnieuw in de verdieping gebruikt. De KO kopieert deze tekeningen en nadien krijgen de kleuters dit zodat ze een geheugensteuntje hebben om het gedicht thuis aan hun mama te vertellen met Moederdag.

Verdieping:

  • Rijmwoorden aanduiden en zoeken:

KO laat zien aan de kleuters dat ze het gedichtje ook al had opgeschreven zodat ze het niet zou vergeten. En zegt dat er woorden zijn die erg op elkaar lijken.

De KO zegt iedere strofe na elkaar op en vraagt aan de kls of ze de woordjes vinden die op elkaar rijmen. De woordjes worden in eenzelfde kleur onderlijnd.

De KO zegt de rijmwoorden op en hakt de woorden in stukjes door middel van een klap in haar handen.

De KO vraagt aan de kleuters of ze nog woorden kennen die op de woorden rijmen.

  • aanvullen van de rijmwoorden adhv de prenten

De ko zegt het gedichtje op zonder de laatste woorden van de zin. De kleuters vullen deze rijmwoorden aan. Hierbij worden ze ondersteund door de prenten.

Indien dit al vlot gaat, kan de KO al halve zinnen weglaten.

Zegbeurten:

  • mama’s en papa’s:

De klas wordt in twee groepen gesplitst. De ene groep zijn de mama’s en de andere groep de papa’s. Dit wordt voorgesteld door handpoppen van een mevrouw en meneer. De kls zeggen het gedicht nog een keer op maar nu zeggen de mama’s het gedicht als de mevrouw zichtbaar is en de jongens als de meneer zichtbaar is. De KO praat als er geen enkele pop zichtbaar is.

De rollen worden een paar keer gewisseld en de activiteit herhaald.

handpop mevrouw

handpop meneer

papier met gedicht

kleurpotloden

wit papier

3. Afsluiting

 

Het gedicht wordt nog één keer opgezegd. De KO vertelt dat ze tijdens de rest van de week het gedicht nog een paar keer gaan opzeggen zodat ze het goed kennen voor met Moederdag. De kleuters krijgen dan ook allemaal een blad met de zelfgemaakte tekeningen als geheugensteuntje.

ANNEX

Spelen met een versje: “Mag ik even storen ”.

Aanknoping:

KO laat de popjes van de mevrouw en meneer zien. Ze vraagt of de kleuters nog weten wie dit zijn. Samen zeggen ze het gedichtje nog een keer op.

Midden:

De KO laat de prenten zien aan de kleuters. Ze vraagt hen of ze nog weten in welke volgorde deze moesten staan zodat het versje correct opgezegd kan worden. KO duidt om te beurt een kleuter aan die prent mag nemen en in de juiste volgorde leggen. Bij elke prent wordt de juiste zin nog eens herhaald. Als de prenten in de juiste volgorde staan, wordt heel het gedicht herhaald.

KO verdeelt de prenten uit aan de kleuters. De kleuter steekt de juiste prent in de lucht als hij zijn strofe hoort. Dit wordt enkele keren herhaald en de prenten worden doorgegeven aan andere kleuters.

De KO vertelt de kleuters dat ze de dag voordien het gedichtje thuis een keer had verteld maar dat het precies niet meer juist was. Ze vraagt aan de kleuters om de fouten in het gedicht te zoeken. Ze herhaalt het gedicht met fouten in. De kleuters steken hun hand in de lucht als ze de fout horen.

Mag ik even komen

Een uurtje alstublieft?

‘k wil het morgen laten horen:

Ik vind je een klein beetje lief

Het wordt vandaag een extra jaar

Met bloemen en een lied

Die zeggen met een geschenk en lach

Dat ik veel van je hou.

Afsluiting

Het gedicht wordt nog een laatste keer correct opgezegd.

Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs