Geachte mevrouw Tellegen,
Met afschuw heb ik gekeken naar de beelden van de vergadering van de commissie OCW, onder uw voorzitterschap, van maandag 6 december.
De wijze waarop u op het punt van orde van mevrouw Simons reageerde was beneden alle peil. Mevrouw Simons is een gekozen volksvertegenwoordiger, en vertegenwoordigt in die hoedanigheid onder meer mijn stem. Ik eis en verwacht dat u zorg draagt voor een veilige werkomgeving, in de Kamer en in uw commissie. Ik verwacht ook dat u openlijk uw excuses zult aanbieden.
Een punt van orde, zoals u als voorzitter hoort te weten, gaat voor op de volgorde van de sprekers. Mevrouw Simons stond in haar recht om mevrouw Van de Plas op dat moment te onderbreken en niet te wachten tot u haar het woord gaf. Een punt van orde, zeker wanneer het intimidatie betreft en om haar eigen veiligheid gaat, heeft op dat moment voorrang.
U miskent niet alleen haar recht om een punt van orde in te brengen, u leest haar ook op onbeschofte wijze de les, met een energie die ik u nog niet heb zien gebruiken tegen openlijk racistische en fascistische collega’s van radicaal rechtse partijen.
Vervolgens blijft uw reactie enkel bij een defensief statement dat u geen 30.000 ogen hebt. Nee, mevrouw Tellegen. Daarom werd er een punt van orde ingebracht: om de betreffende intimidatie bij u onder de aandacht te brengen. U weigert inhoudelijk in te gaan op het gemaakte punt en dat is werkelijk schandalig.
De racistische volksvertegenwoordiger in kwestie, de heer Beertema, is nu de lachende derde. Zijn intimidatie is onbestraft gebleven en heeft indirect de verhoudingen tussen u en mevrouw Simons op scherp gezet. De omgekeerde wereld.
Ik verwacht niet dat u met de heer Beertema in gesprek gaat, of dat hij excuses aanbiedt. Ik heb niet de illusie dat een PVV’er op dit vlak tot inkeer komt, en eventuele excuses zullen niet oprecht zijn.
Ik verwacht wel van een liberaal politica dat u:
Ik zie graag uw reactie tegemoet, in direct antwoord op dit schrijven of in de media.
Hoogachtend,
Erik Stronks