Paragraaf 1 Hogere opbrengsten
introductie
- Je moet weten van wanneer tot wanneer de tijd van steden en staten was.
- Je moet weten welke historische periode hier bij hoort.
Meer landbouwgrond
- Je moet kunnen uitleggen waarom er meer landbouwgrond nodig was in het tweede gedeelte van de middeleeuwen.
- Je moet kunnen uitleggen wat ontginnen is en waarom het werd gedaan.
- Je moet kunnen uitleggen wat monniken deden om aan meer landbouwgrond te komen.
Nieuwe uitvindingen
- Je moet kunnen uitleggen waarom de ploeg zo’n belangrijke uitvinding was voor de landbouw.
- Je moet kunnen uitleggen waarom het halsjuk zo’n belangrijke uitvinding was voor de landbouw.
- Je moet kunnen uitleggen wat het drieslagstelsel is en waarom het belangrijk was voor de opbrengsten van de landbouw.
Groei van de handel
- Je moet kunnen uitleggen dat door de hogere opbrengsten van de landbouw de handel langzaam weer op gang kwam.
- Je moet kunnen uitleggen waarom sommige mensen zich gingen specialiseren.
- je moet weten wat de belangrijke handelsgebieden waren in de Middeleeuwen.
meer steden:
- Je moet kunnen uitleggen op welke plekken er steden ontstonden.
- Er waren drie belangrijke plekken in de middeleeuwse steden:
- Stadhuis
- marktplein
- kathedraal
Je moet kunnen uitleggen waarom deze plekken zo belangrijk waren in de middeleeuwse steden.
Stadsrecht:
- Je moet kunnen uitleggen waarom de heer stadsrechten gaf aan de burgerij.
- Je moet drie voorbeelden kunnen noemen van stadsrechten.
- Je moet kunnen uitleggen wat de voordelen voor de heer waren van het geven van stadsrechten.
De handel groeit:
- Je moet kunnen uitleggen waarom er rond de 10e eeuw weer steeds meer handel ontstond.
- Je moet weten waarom de Arabieren belangrijks waren voor de Europese handel in de Middeleeuwen.
- Je moet weten welke handelsproducten werden verkocht door de Europeanen.
- Je moet weten wat de Hanze was.
- Je moet een aantal voorbeelden kunnen noemen van Hanzesteden en
Nederland en de rest van Europa.
Het Gilde:
- Je moet kunnen uitleggen wat nijverheid is.
- Je moet kunnen uitleggen hoe het Gilde werkte. Gebruik in je uitleg de volgende woorden: Gilde- meester- gezel- meesterproef.
- Je moet kunnen uitleggen welke regels het gilde had.
Het stadsbestuur:
- Je moet kunnen uitleggen hoe het bestuur van de middeleeuwse stad in elkaar zat.
- Je moet de sociale lagen in de stad kunnen benoemen.
Regels en wetten:
- Je moet kunnen uitleggen hoe rechtspraak verliep in de middeleeuwen.
- Je moet weten wat een lijfstraf is. Ook moet je voorbeelden van lijfstraffen kunnen noemen.
Centraal bestuur:
- Je moet twee manieren kunnen noemen waarop de koning/keizer zijn macht kon vergroten in de Middeleeuwen.
- Je moet uitleggen wat we bedoelen met een centraal bestuur.
- Je moet kunnen uitleggen waarom de adel steeds ,minder belangrijk werd in het tweede gedeelte van de Middeleeuwen.
De opkomst van staten:
- Je moet kunnen uitleggen wat we bedoelen met het begrip staten.
- Je moet kunnen uitleggen waarom het lastig was om in sommige steden een centraal bestuur in te voeren. Dit kun je doen a.d.h.v. het voorbeeld over de .Bourgondische Nederlanden
De Bourgondische Nederlanden:
- Je moet kunnen uitleggen wat een gewest is.
- Je moet uitleggen waarin de gewesten zoveel van elkaar verschilden.
- Je moet uitleggen dat er ondanks deze verschillen toch een centraal bestuur was in de Nederlanden.